De reeks over MS onderbreek ik even omdat ik onlangs in de krant las dat 70% van de Nederlanders rond de jaarwisseling goede voornemens heeft. 50% van onze landgenoten neemt zich voor iets aan zijn of haar gewicht te gaan doen. De helft daarvan is het om een beter figuur te doen, de andere helft wil een betere conditie krijgen. Na drie weken heeft 90% van de mensen met goede voornemens deze al weer opgegeven; te moeilijk, past niet in het leefpatroon, enzovoort. Graag wil ik een bijdrage leveren aan het verhogen van dit slagingspercentage. Niet vanwege het schoonheidsaspect. Mijn ouders kwamen uit Suriname. In die cultuur wordt een wat zwaarder persoon vaak juist gewaardeerd als letterlijk “gewichtig”: als je er zo flink uitziet, moet je ook wel een flink persoon zijn! Ook wordt de schoonheid van een extra laagje “knuffelvet” of een forse bilpartij absoluut ingezien.
Maar we leven op een tijdbom. Te zware mensen lopen enorme gezondheidsrisico’s, zoals een sterk verhoogde kans op hart- en vaatziekten, op hoge bloeddruk en op suikerziekte. En volgens het ministerie van Volksgezondheid is inmiddels bijna de helft van de Nederlanders te zwaar.
Maar hoe moet je je overgewicht nu aanpakken? Eten is een natuurlijke behoefte en die kun je moeilijk onderdrukken of afschaffen… Dat laatste zou trouwens weer andere problemen opleveren. Anders dan bij een drank-of rookprobleem is volledig stoppen met eten dus geen optie. En dat maakt het afvallen nou net zo moeilijk. Een van mijn patiënten zei onlangs: “Als ik nou kon stoppen zoals ik met roken gedaan heb, dus als ik nooit meer hoefde te eten of eten zou hoeven klaarmaken, dan zou afvallen veel gemakkelijker zijn.” Je zou dus denken dat het enige wat erop zit, meer bewegen is. Alleen… de meeste mensen moeten dan gaan uitkijken naar een andere baan. Want we zijn vaak veel te druk met werk en/of gezin en zo schiet die fitness er weer bij in…
Het probleem is in feite dat we onze energie-inname niet hebben aangepast aan ons energieverbruik. Als iemand op dezelfde energiebalans wil uitkomen als die van zijn grootouders, mag hij nog niet de helft innemen van de aanbevolen hoeveelheid calorieën. Deze aanbevolen hoeveelheden zijn 2000 calorieën voor vrouwen en 2500 voor mannen. Slechts de helft daarvan innemen is een hele klus.
“Ons lichaam houdt van vet, vindt vet handig&rquo; verklaarde Martijn Katan onlangs nog in de NRC. Katan is hoogleraar Humane voeding in Wageningen. “Mensen,” zegt hij, “zijn heel geschikt voor de Afrikaanse savanne. Maar zijn uitermate ongeschikt voor het moderne stadsleven.” Volgens professor Katan blijven wij een gigantische drift houden om in te nemen en op te slaan. Zodat we een eventuele hongersnood kunnen overleven. Katan: “ik denk dat ik daarom ook zo blij ben als ik de auto naast de ingang van de sporthal kwijt kan. Mijn lijf vindt: Joepie, weer geen calorieën gebruikt!” De vraag dringt zich op of je tegen overgewicht wel iets kunt ondernemen. Daar zijn enkele collega’s van Katan, inclusief hijzelf, heel somber over. Overgewicht is volgens hen net zo ingewikkeld als milieuverontreiniging. Als iemand iets tegen zijn overgewicht wil doen, moet hij en meer bewegen en gezonder eten en zich door zijn omgeving niet laten verleiden tot ongezond gedrag zoals lift-en autogebruik. Ga daar maar aan staan…
De traditionele Chinese geneeskunst, waar acupunctuur deel van uit maakt, heeft een heel eigen visie op gezondheid. En dus ook op een probleem als overgewicht. Schommelingen in het lichaamsgewicht en het niet kunnen beheersen daarvan, ziet de Chinese geneeskunst als gevolgen van een energiebalans die verstoord is. Een acupuncturist probeert te achterhalen of de energiesystemen en de organen in het lichaam van een patiënt goed op elkaar zijn afgestemd. En of zij op de goede manier met elkaar “samenwerken”.
Om een correcte diagnose te kunnen stellen, stelt een acupuncturist zijn patiënten onder andere vragen over de eetlust, het eetpatroon en de ontlasting. Ook stelt hij vragen over eerdere afslankpogingen, over de weerstand en over het algemeen welbevinden en welzijn van de patiënt. Vaak is een verstoring van iemands energiebalans de onderliggende oorzaak van diens overgewicht. Een acupuncturist zal dan proberen het “spijsverteringsvuurtje” aan te wakkeren of juist te remmen. Hij zal proberen het hongergevoel van de patiënt te verminderen en diens innerlijke rust en wilskracht te versterken.
Vaak zie ik patiënten die in eerste instantie komen om af te vallen. Naast het afvallen, verbeteren meestal ook een aantal andere zaken door de acupunctuurbehandelingen. De patiënt voelt zich vaak fitter, slaapt beter, zit beter in zijn vel. In een aantal gevallen gaan patiënten het verbeteren van dat algehele welzijn belangrijker vinden dan het afvallen. En dat terwijl zij tegelijkertijd gewicht verliezen! Omdat acupunctuur de mens holistisch benadert, behandelt een acupuncturist de hele mens. Daardoor worden en passant ook andere klachten die het verstoorde energiesysteem veroorzaakt, aangepakt.
Om af te vallen zijn in het begin 1 tot 2 behandelingen per week nodig. Vaak een week of vier. Daarna kan het vaak om de twee, drie weken, gevolgd door een keer per maand. De duur van de totale behandeling is uiteraard ook afhankelijk van de hoeveelheid kilo's die iemand kwijt wil. Sommige patiënten blijven nadat ze hun streefgewicht bereikt hebben, af en toe terug komen voor “onderhoudsbehandelingen”.