We zien in de westerse wereld de laatste jaren een sterke toename van het aantal mensen met een allergie. Zeker 25 % van alle mensen ervaart in een bepaalde periode van het leven wel een allergische reactie.
Een allergische reactie ontstaat wanneer het lichaam een stof aanziet voor gevaarlijk, terwijl die stof dat op zichzelf niet is. Bijvoorbeeld: iemand wandelt op een mooie lentedag door de tuin en hij ademt frisse lucht, maar ook stuifmeel in. En diens lichaam reageert op de onschuldige stof stuifmeel, alsof het een gevaarlijke bacterie of een gevaarlijk virus is. Het lichaam van die persoon produceert dan antistoffen tegen stuifmeel. Deze antistoffen hechten zich vervolgens aan bepaalde cellen in diens bloed, de zogenaamde mestcellen. Stel: de betrokken persoon wandelt de volgende dag weer door de tuin en ademt opnieuw frisse lucht met stuifmeel in. Dan komen zijn met antistof geladen mestcellen in actie, waardoor de stof histamine vrijkomt. Deze histamine veroorzaakt nu hooikoortsklachten.
Normaal gesproken is het een goede reactie van het lichaam om met antistoffen slechte indringers aan te vallen. De antistoffen bieden zo immers bescherming tegen deze indringers. Maar bij een allergie is deze reactie misplaatst. Het lichaam beschouwt het stuifmeel van ons voorbeeld ten onrechte als een slechte indringer.
In feite is het afweermechanisme van het lichaam in de war bij hooikoorts of een andere allergie. Veel deskundigen denken dat allergie ontstaat doordat ons moderne leven ons afweersysteem te sterk belast. Ook zijn er wetenschappers die denken dat de toename van allergieën te wijten is aan het feit dat we onze immuunsystemen te veel in de watten leggen. Een immuunsysteem dat niet getraind wordt, wordt slap. Net zoals spieren die niet getraind worden, slap worden. En als zo’n onvoldoende getraind immuunsysteem dan te sterk belast wordt, krijg je problemen.
Immers kinderen uit kleine gezinnen en eerstgeborenen krijgen vaker een allergie dan kinderen uit grote gezinnen en later geboren kinderen. De laatste groepen komen op jonge leeftijd met veel meer infecties in aanraking. Waardoor hun immuunsysteem beter “getraind” wordt en ze minder snel een allergie krijgen.
Ook het verdwijnen van veel ziekten en het inenten van baby’s en peuters zou tot gevolg kunnen hebben dat ons immuunsysteem niet voldoende ervaring opdoet. Niet voldoende ervaring om op de juiste momenten op de juiste manier op te treden. Nu maakten in het verleden die ziekten en het niet inenten van baby’s en peuters natuurlijk veel slachtoffers. Daarom bepleiten deze wetenschappers ook absoluut niet de terugkeer van ziekten of de afschaffing van inentingen. Zij beschrijven slechts de vermoedelijke oorzaken van de toename van allergieën.
Ook onze westerse welvaart met zijn centrale verwarming en zijn geïsoleerde huizen zou goed zijn voor het ontwikkelen van allergieën. Denk hierbij aan het superkleine insectje: de huisstofmijt. Dit beestje leeft in woningtextiel als matrassen, beddengoed en stoel- en bankbekledingen. De huisstofmijt gedijt goed als het binnen lekker warm is en als er niet zoveel gelucht wordt. De uitwerpselen van dit beestje kunnen een allergische reactie oproepen en zo astmatische klachten veroorzaken.
Ook blijkt uit onderzoek dat uitlaatgassen en andere vormen van luchtverontreiniging allergische reacties kunnen oproepen. Vooral in ons oostbrabantse land zien we veel patiënten met overgevoelige luchtwegen door de hier zo sterk vervuilde lucht.
Allergie is voor een deel erfelijk. Een kind van ouders die beiden een allergie hebben, heeft 80% kans om ook een allergie te ontwikkelen. Als slechts een ouder allergisch is, is de kans 50%.En als de ouders niet allergisch zijn, is de kans 20%.
In principe kan eigenlijk iedere stof een allergie oproepen. Maar sommigen stoffen doen dat meer dan andere. Stoffen die een allergie veroorzaken, noemen we allergenen. Buiten is stuifmeel de grootste boosdoener, binnen is dat de huisstofmijt. Andere stoffen die regelmatig allergische reacties oproepen zijn schimmels, veren, latex, verf, hoofdroos en haren van dieren. Er is ook een hele serie potentiële voedselallergenen.
Voedselallergie is een ernstige kwaal waarbij de symptomen braken, huiduitslag, astma en/of eczeem zijn. Deze treden op direct na het eten van het voedsel waar de betrokkene allergisch voor is. Ook al is het maar een heel klein beetje. Dit soort allergie ontstaat in de kinderjaren en kan het hele leven blijven bestaan. Boosdoeners zijn hier vaak koemelk, pinda’s, eieren, sesamzaad, citrusvruchten en schaal-en schelpdieren. De beste remedie is het niet meer eten van de stoffen waar iemand zo slecht op reageert.
Er bestaan ook nog tal van allergieën die met het uitoefenen van een bepaald beroep te maken hebben. Graag wil ik in mijn volgende column deze werkgerelateerde overgevoeligheden oftewel beroepsallergieën bespreken.
Acupunctuur kan met succes ingezet worden in acute gevallen van hooikoorts en in de acute fase van veel andere allergieën. Toch raad ik u aan om al in een eerdere fase met de behandeling van acupunctuur te beginnen. Omdat allergieën immers te maken hebben met een niet goed functionerend afweermechanisme, zal de arts-acupuncturist de behandeling daarop richten. Hij doet dit door heel dunne naaldjes op verschillende punten op het lichaam aan te brengen en zo de energiestroom te reguleren. Gemiddeld blijkt dat er na zes behandelingen een duidelijke klachtenvermindering optreedt of dat de klachten geheel verdwijnen. Vaak zullen bij hooikoorts, in het “hooikoortsseizoen” enkele nabehandelingen nodig zijn.