Voor mensen die beslissen te stoppen met roken bestaan er strategieën en hulpmiddelen die het stoppen kunnen bevorderen. Vaak zien rokers en hulpverleners stoppen met roken als een preventieve maatregel. Rokers hebben immers een veel grotere kans dan niet-rokers om longkanker, longemfyseem of een hart- of vaatziekte te krijgen. Daarom is iedereen het er wel over eens dat stoppen met roken verstandig is.
Helaas ziet men roken vaak niet als een verslavingsziekte. Terwijl het dat wel is. Daarom lijken rokers vaak in de kou te staan als het gaat om tijd en mogelijkheden om hulp te bieden. En ontvangen zij vaak hoon en minachting van hun omgeving als hun poging weer eens niet geslaagd is. Ten onrechte. Roken is een serieuze verslaving.
Vooral de nicotine in een sigaret veroorzaakt verslaving. Nicotine werkt op de nicotinereceptoren in iemands centraal zenuwstelsel. Nicotine heeft dezelfde verslavende effecten op een mens als bijvoorbeeld cocaïne en heroïne. Het resultaat is onder andere dat sommige lichaamsfuncties veranderen. Zo versnellen mentale processen, verzachten spanningen, verbeteren manuele vaardigheden en ontstaan prettige gevoelens. Allemaal oorzaken waardoor stoppen heel moeilijk is.
Voorbeeld: iedere trek aan een sigaret bezorgt het lichaam en de hersenen een stoot nicotine. Deze nicotine geeft de hierboven genoemde plezierige effecten. Als deze effecten afnemen, reageert het lichaam van de roker eerst met rusteloosheid. En dan met geïrriteerdheid. Daar aanbeland, steekt de roker maar snel weer een sigaret op. Begrijpelijk, toch?
Uw eigen stopstrategie
Als u echt gemotiveerd bent om te stoppen, is het belangrijk is om een definitieve stopdag uit te zoeken. Veel mensen hebben het begin van dit nieuwe jaar uitgekozen om te stoppen. Over vier tot acht weken zijn velen van hen helaas weer begonnen. Omdat stoppen zo vreselijk moeilijk is.
Als u op dit ogenblijk overweegt te stoppen, kunt u bijvoorbeeld het eind van de kerstvakantie of de eerstvolgende maandag uitkiezen om dit te doen. U kunt het beste in een keer totaal stoppen. Wetenschappelijke studies tonen aan dat “minderen” niet zo effectief is. Vooral op de langere termijn.
U kunt het beste een paar dagen voor u stopt een rookdagboek gaan bijhouden. U zou hier morgen of overmorgen mee kunnen beginnen. Schrijf hierin bij iedere sigaret op:
- Wat u aan het doen was;
- Wie er bij u was en;
- Hoe u zich voelde. Vraag uzelf hierbij vooral af hoe prettig u het vond om weer een sigaret op te steken of hoe hard u er weer aan toe was. Noteer deze gedachten ook.
- En stel uzelf de vraag wie of wat u stimuleerde om die sigaret te roken. Noteert u dit vooral ook.
- Daarna stelt u zichzelf de vragen: wanneer had ik nog wel even kunnen wachten. En wanneer had ik absoluut niet zonder gekund? En vooral: waarom niet?
Uw antwoorden kunnen u veel leren over uzelf en de stopstrategie die het beste voor u werkt. Het hunkeren naar een sigaret duurt op zich niet zo lang. Onderzoek wijst uit dat er gemiddeld drie minuten van hunkering overbrugd moeten worden. U zou iets anders kunnen bedenken wat u in die tijd doet. Bijvoorbeeld een telefoontje plegen, bij uw naburige collega langsgaan of een boodschap doen.
Slim is verder om uw dagelijkse routine te veranderen. Zo vermijdt u situaties waarin u normaliter een sigaret op zou steken. Bijvoorbeeld: een van mijn patiënten dronk ‘s-morgens in het vervolg sinaasappelsap. In plaats van de koffie waarbij ze haar eerste sigaret altijd rookte.
Verder helpt het wanneer u de winkel mijdt, waar u altijd uw sigaretten kocht. Ook het lunchen en pauzeren met de rokende collega’s, kunt u beter vermijden. U kunt hen dan vriendelijk uitleggen wat de reden van deze verandering is.
Wat ook werkt, is dat u zichzelf trakteert op die (kostbare?) hobby die u al tijden wilde gaan uitoefenen. U hebt daar nu in ieder geval meer financiële ruimte voor. U kunt zichzelf ook trakteren om de dagen dat u niet heeft gerookt te “vieren”. Ook kunt u het geld gaan tellen of opzij leggen wat u al heeft uitgespaard. Belangrijk is dat u blij en trots bent op uw resultaten. U moet zichzelf vooral prijzen en “kietelen”. En anderen in uw omgeving oproepen dat ook te doen. Dat werkt beter dan mopperen bij een (hopelijk) tijdelijke terugval.
Welke hulpmiddelen kunt u gebruiken?
Er zijn wel wat middelen op de markt om de onthoudingsverschijnselen het hoofd te bieden. Die treden op als niet aan de nicotinebehoefte voldaan wordt. Deze kunnen zijn: gevoelens van onbehagen, irritaties, rusteloosheid, duizeligheid, slapeloosheid, hoesten, een maag die van streek is en eetaanvallen. Vooral de eerste drie weken zijn moeilijk.
Ter vervanging van de nicotine zijn er huidpleisters, neussprays en kauwgom. Het is de bedoeling geleidelijk de omvang van de pleisters of de sterkte en frequentie van de kauwgum of de spray te verminderen.
Deze middelen kunnen wel soelaas bieden, maar de nicotinebehoefte verdwijnt er niet door. Net zomin als de bij het roken horende, routinematige handelingen.
Met behulp van acupunctuur werken we op verschillende fronten:
- de arts-acupuncturist pakt de onthoudingsverschijnselen aan. Hierdoor verminderen deze aanzienlijk of treden geheel niet op. Hierdoor wordt definitief stoppen makkelijker;
- verder helpt de arts-acupuncturist u de fysieke en lichamelijke afhankelijkheid te doorbreken. Oftewel: de verslaving zelf pakt hij in de kern aan. Hij behandelt u zo dat u daadwerkelijk veel minder of geen behoefte heeft om te roken. En dat uw wilskracht een enorme impuls krijgt.
- voorts versterkt de arts-acupuncturist uw longenergie. Waardoor u zich energieker en vitaler voelt. Het volhouden wordt daardoor ook weer gemakkelijker.
U heeft vast wel eens gehoord van iemand die maar een of twee acupunctuurbehandelingen nodig had om definitief te stoppen. Dat is fantastisch, maar vrij zeldzaam. Vaak zijn vier tot acht behandelingen nodig, wekelijks een. En soms de eerste twee, drie weken twee behandelingen. Afhankelijk van uw situatie, lichamelijk en mentaal.